boomstructuur: startpagina >
AZ-index > artikelindex O > artikel


Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek

Gemeente tot 31/12/1964

Opgedeeld in twee grote perioden:
- vanaf de eerste tekenen van bestaan tot 1795. Toen schaften de Franse bezetters hier de feodale rechten en structuren af en gaven ontstaan aan de communes of gemeenten;
O.-L.-V.-Lombeek was vele eeuwen een typisch beekdorp met aan de ene oever de kerk en aan de andere het kasteel. De 'steenen brugghe' verbond de twee oevers
- van 1795 tot 1964. Op 1/1/1965 hield de gemeente O.-L.-V.-Lombeek op te bestaan en ging ze op in de fusiegemeente Roosdaal.

 

1. -1795

1.1. Inwoners

 

jaar

1572
1614
1618
1628
1654
1665
1670
1685
1693
1711
1719
1737
1755
1774
1792

inwoners
(1)
100
83
100
166
233
233
250
200
188
288
416
353
348
500
583

 

* De daling na 1670 was het gevolg van de oorlog tussen Fransen en Spanjaarden; ziekten, een permanent gebrek aan voedingsmiddelen, inwoners die vluchtten. In 1711 was het aantal hersteld, in 1719 zelfs opmerkelijk hoog.
* Gedurende al die jaren bleef de oppervlakte constant: 331 ha .

1.3.1. Heren, vrouwe
29/5/1683 - 26/4/1695: (de) Fariaux Jacques
1695 - 29/3/1710: Huybrechts Jacques Ignace
1710 - 2/10/1750: Huybrechts Henri François
1750 - 28/2/1768: van Weerde de Nevele Marie Thérèse

Op 1 maart 1768 werd de heerlijkheid Lombeek verheven tot erfelijke baronie.
Barones, baronnen
1/3/1768 - 30/11/1774: van Weerde de Nevele Marie Thérèse
1774 - 24/12/1783: van Volden Pierre Alexandre
1783 - 1796: van Volden Jean Joseph

1.3. 2. Burgemeesters
1726 - 4/6/1753: Walckiers Jacobus

1.4.1. Griffiers
1722 - 13/8/1776: Gillis Jan-Francis


----------------------------------------------------------------------
(1) De getallen van de jaren 1685, 1693 en 1755 komen uit tellingen van de ganse bevolking. De andere getallen zijn gebaseerd op het aantal communicantes (paasplichtigen) vermeld in decanale verslagen. Omdat hierin de kinderen jonger dan 14-15 jaar niet werden meegeteld, werden die aantallen vermenigvuldigd met 5/3 om zo bij benadering het aantal inwoners te bekomen. Anderen vermenigvuldigen met b.v. 3/2, wat lagere getallen geeft.

 

2. 1795-1964

2.1. Inwoners

 

jaar

inwijkingen

uitwijkingen

geboorten

overlijdens

inwoners

1846
1857
1866
1880
1890
1900
1910
1920
1930
1940
1950
1960
1964


12
8

25
13
29
9
25
24
31
30
37



3
8
20
29
15
12
23
33
37
43
50


19
18
22
18
18
18
18
11
16
18
17
13


11
8
14
21
14
17
14
14
15
12
6
12

672
626
656
691
680
676
674
695
761
779
837
819
824

 

* In O.-L.-V.-Lombeek waren de mannen altijd in de meerderheid: b.v. in 1880: 350 m en 341 v; in 1900: 349 m en 327 v; in 1930: 395 m en 366 v; in 1964: 437 m en 387 v.
* Nog steeds op een oppervlakte van 331 ha.

 

2.3.1. Tot na wereldoorlog II dongen twee partijen naar de macht: de Bokken en de Gaten (Geiten).

2.3.2. Burgemeesters
1801 - 20/7/1818: Steppe Jacques
1818 - 1830: Claes Frans Philip
1846 - 1848: Claes Frans Philip
1848 - 1881: Walravens Petrus Johannes
1882 - 31/12/1911: Verheyden Petrus Joannes
1/1/1912 - 22/12/1927: Van Cauwelaert Jan Hendrik
1/1/1933 - 23/7/1938: Motteux Robert
23/7/1938 - 27/7/1939: Van Laethem Petrus Jozef
27/7/1939 - maart 1941: Lanckmans Petrus
17/6/1941 - 6/9/1944: Motteux Robert
Na de inval van de Duitsers kwam de gemeenteraad in 1940 nog eenmaal samen, op 13 november. Op 11 april 1941 schortte de Duitse overheid de gemeenteraden op; vanaf dan vergaderde alleen nog het schepencollege, telkens ‘beraadslagend en beslissend'. Onmiddellijk na de bevrijding, al op 6 september 1944, werd de gemeenteraad opnieuw samengeroepen.
28/11/1944 - 31/12/1964: Van Cauwelaert Emiel Lodewijk Gustaaf

  2.3.3. Schepenen
27/2/1882 - 15/8/1907: Van Cauwelaert Emiel Philibert
1/1/1933 - 23/7/1938 en 27/7/1939 - 27/5/1942: Van Laethem Petrus Jozef
1/1/1939 - 27/7/1939: Lanckmans Petrus
31/1/1964 - 31/12/1964: Leemans Jozef
  2.4.1. Secretarissen
18xx - nov. 1891: Walravens Jan Jozef
nov. 1891 - 26/8/1904: Billiet Richard
2.5.3. Gemeentehuis
Gebouwd, samen met school erachter, in 1873 aan de huidige Koning Albertstraat (nr 189), naar ontwerp van architect Louis Spaak. (1)
 


foto 2007

‘… onderkelderd dubbelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen op een lage natuurstenen sokkel onder leien zadeldak tussen zijtrapgevels. De classicistisch opgebouwde bakstenen lijstgevel aan de straatzijde wordt verlevendigd door middel van hardstenen lekdrempels, architraaf, druiplijsten en consoles onder de kroonlijst.’ Middenrisaliet met verdiepte rondboogvormige inkompartij waarin een rondboogdeur in vlakke hardstenen omlijsting, erboven gekoppelde rondboogvormige vensters onder overkoepelende rondboogvormige druiplijst, bovenaan een puntgevel met rond raam; in de zijtraveeën, op het gelijkvloers rechthoekige vensters met hardstenen lekdrempel onder rechthoekige druiplijst met gestrekte uiteinden, op de verdieping rondboogvensters onder rondboogvormige druiplijsten met gestrekte uiteinden. (2)
Ook binnenin een drieledige structuur met een ruime centrale gang, 3 m. breed, met trappartij. Links en rechts 2 x 2 kamers van 22 m². (3)
Op de voorgevel rechts een arduinen gedenkplaat t.e.v. Frans en August Van Cauwelaert en links onderaan een kleine arduinen plaat, waarop ‘wees rein’, eronder een aan een bron gekoppelde koperen kraan, boven een arduinen uitgietbak.
Links geeft een poortje in een rondboogvormige hardstenen omlijsting toegang tot bijgebouwen (vroeger o.a. kolenkot), het poortje rechts leidt naar de school (Lombeekkring).
In het gemeentehuis woonde ook de hoofdonderwijzer, later op de verdieping de veldwachter. (4)
 

2.6.1. 'Creatief' was zeker de beslissing van de gemeenteraad op 11/12/1915: 'Om alle armoede aan eten en geld te voorkomen zal er aan de straten gewerkt worden: daarom zal ieder behoeftig gezin eenen man zetten, hunne betaling zal geschieden tegen 1,50 fr daags waarvan 0,75 fr in gelden en het overige in voedingsmiddelen of kledij.' Kreeg deze beslissing onvoldoende respons? Bijkomende maatregelen bleken nodig, zo werd b.v. in 1916 4000 kg aardappelen uitgedeeld aan de Lombekenaren.
2.6.8. In het kader van een campagne tegen de talentelling keurde de gemeenteraad op 2 augustus 1959 unaniem een motie goed. Gevolg van de campagne was dat talentellingen bij wet verboden werden. Maar in 1960 werden voor de volkstelling tweetalige formulieren opgesteld en zou die volkstelling aldus een verkapte talentelling worden. Burgemeester Van Cauwelaert stuurde als eerste de formulieren terug, gevolgd door ongeveer 500 Vlaamse burgemeesters.

 

2.7.1. Gemeentelijk onderwijs
Vanaf 1848 begon O.-L.-V.-Lombeek een lagere school. met kosteloos onderwijs voor behoeftige kinderen, terwijl kinderen van gegoede ouders moesten betalen. In 1868 kregen 32 jongens en 31 meisjes kosteloos onderwijs. De gemeente voorzag er een budget voor van 378 fr en hoopte op 100 fr van de betalende leerlingen.

jaar

behoeftige 1eerlingen.

budget behoeftige ll.

bijdrage betalende ll.

1870
1874
1880
1885

36 j. en 46 m .
44 j. en 57 m .
73 j. en 63 m .
30 j. en 34 m .

431 fr.
606 fr.
756 fr.
600 fr.

50 fr.
50 fr.
50 fr.
100 fr.

Opmerkingen: niet alle leerlingen daagden elke dag op (hulp thuis); het aantal betalende leerlingen is niet gekend, maar was een kleine minderheid; 1885, getallen na de schoolstrijd. (5)

In 1867 was Richard Billiet onderwijzer. Hij was ook koster-organist en mocht een halve dag verlof nemen als hij in de voormiddag in de kerk moest spelen, op voorwaarde dat hij dan op donderdagnamiddag les gaf.
Vanaf oktober 1868 kregen de meisjes tweemaal per week, buiten de gewone lesuren, naai- en breiles van juffrouw Philippine Walravens. Wie de les wou volgen, moest wel al kunnen lezen en schrijven! Drie jaar later werden deze lessen opgenomen in de gewone lessenrooster, op woensdag- en vrijdagnamiddag, en zelfs uitgebreid met snit, kantwerk, wassen en mazen.
In 1878 telde de gemeenteschool 120 à 130 leerlingen en dat voor 1 onderwijzer. Op 14 september 1878 werd dan ook, met akkoord van de bestendige deputatie, Jean De Dobbeleer aangesteld als hulponderwijzer. In 1879 begon echter de schoolstrijd en Richard Billiet nam ontslag om ‘vrije onderwijzer' te worden in de opgerichte parochieschool. De gemeenteschool liep leeg, geen enkele leerling meer. Toch bleef Jean De Dobbeleer, die nu in feite hoofdonderwijzer was, zijn wedde verder trekken. Met de overwinning van de katholieke partij kwam er in 1884 een einde aan de schoolstrijd en de gemeenteschool groeide weer aan. Eind 1884 waren er alweer 70 à 80 leerlingen. Intussen had het gemeentebestuur aan Richard Billiet gevraagd terug in dienst te treden als onderwijzer van de hoogste klas en als hoofdonderwijzer. Jean De Dobbeleer zou opnieuw hulponderwijzer worden en les geven in de laagste klas. Dat zinde hem niet, en hij werd gesteund door de meeste ouders. Feitelijk zat O.-L.-V.-Lombeek aldus met twee hoofdonderwijzers en het probleem kwam dan ook meermaals op de gemeenteraad. Tenslotte werd een compromis aangegaan: Jean De Dobbeleer mocht in het gemeentehuis blijven wonen en kreeg dezelfde wedde als Richard Billiet. Bovendien mochten ze elkaar geen bevelen meer geven! Frans Van Cauwelaert vertelde dat, toen hij er ca. 1890 school liep, zij als bewijs van hun gelijkwaardigheid, elkaar om de week afwisselden om les te geven in de hoogste klas!
De twee klaslokalen stonden pal achter het gemeentehuis (thans Lombeekkring). Na de oprichting in 1894 van een vrije basisschool voor meisjes werd de gemeentelijke basisschool al vlug een lagere jongensschool. Niet verwonderlijk dat de gemeente in 1899 nieuwe 'piscijnen' liet plaatsen (kostprijs 438,6 fr). Bovendien besloot de gemeenteraad op 23 november 1900, op aandringen van de inspecteur, de klaslokalen te herstellen en beloofde ook de bouw van klassen (geraamde kostprijs 3556,95 fr). Of bleef het bij een renovatie, want de drie huidige klaslokalen achteraan werden pas in de jaren (19)50 gebouwd!
In 1904 kwam, na het overlijden van Richard Billiet, meester De Dobbeleer alleen voor een klas van 60 jongens te staan, zo ook de daarop volgende jaren (6). 'Gelukkig' voor hem daagden niet alle leerlingen dagelijks op. Zo b.v. stelde in juni 1915 de gemeenteraad vast dat de kinderen onregelmatig naar school kwamen 'en daar de aardbeziënkweek in de gemeente op grote schaal beoefend werd, vroegen de gezinshoofden verlof voor hun kinderen wat door de raad werd toegestaan.'
In 1918 werd er opnieuw een tweede klas ingericht met Paul Van Stalle als hulponderwijzer. In 1924 volgde hij Jean De Dobbeleer op als hoofdonderwijzer. G. Van der Kelen werd toen hulponderwijzer, al in 1925 opgevolgd door Augusta Moulckers, die in 1935 opgevolgd werd door Oscar Van Ransbeeck. In 1939 kwam er zelfs een derde klas omdat het leerlingenaantal gestegen was tot 84, en werd André Ringoet de derde onderwijzer. (7) Paul Van Stalle bleef hoofdonderwijzer tot in 1948, toen opgevolgd door Oscar Van Ransbeeck, met André Ringoet nog als hulponderwijzer (2 klassen). In 1950 werd Frans Timmersmans aangesteld als hulponderwijzer (weer 3 klassen), maar in 1954 nam André Ringoet ontslag (opnieuw 2 klassen).
 
Einde
Op 14 juni 1963 besprak de gemeenteraad de fusie met Pamel en Strijtem en stelde dat de gemeente onafhankelijk wenste te blijven, maar dat indien het toch tot een fusie moest komen ze de voorgestelde samenvoeging boven alle andere verkoos. Daarbij vroeg de raad waarborgen voor het behoud van een Lombeekse eigenheid.
 



----------------------------------------------------------------------
(1) Ook de vroegere gemeentehuizen van o.a. Borchtlombeek, Pamel en Strijtem zijn gebouwd naar zijn ontwerpen.
(2) In OAR van het agentschap Onroerend Erfgoed, 2019.
(3) Luc Van Cauwelaert in ‘Rausa’, tijdschrift van Erfgoed Rausa, 1e jg 2013, nr 1. Aldaar pp. 10-11.
(4) Na de fusie werd de rechtervleugel geruime tijd gebruikt als postkantoor, daarna als muzieklokaal van de fanfare en als lokaal voor de les zedenleer. Nadat de veldwachter was overleden woonden er enige tijd ontheemden op de verdieping. Tot eind januari 2013 werd de linkervleugel gebruikt door het Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap, nadien was Erfgoed Rausa er enkele maanden thuis. Heden (2019) wordt het gebouw ingepalmd door de gemeenteschool.
(5) Van 1873 tot 1880 werd ook aan volwassenen les gegeven
Vanaf 1 oktober 1869 waren er zelfs zanglessen, want ‘Considerant que la musique contribut à développer dans l'âme de l'enfance le sentiment du beau et du vrai'. De lessen kostten aan de gemeente 60 fr.
(6) In een interview met de 'Stipkrant' van 21/11/1978 vertelde burgemeester Karel Van Cauwelaert dat zijn meester Jan De Dobbeleer heette. 'Hij gaf les aan de zeven klassen (leerjaren). We waren met 70 kinderen. Het was een heel plezierige tijd!'
(7) Maar ook dankzij meerderheidspartij ‘De Geiten', terwijl diezelfde partij in conflict lag met hoofdonderwijzer Van Stalle.