Van Laer Zacharie, oud-strijder wereldoorlog I, onderwijzer te Pamel, voorzitter Davidsfonds-Pamel + zus Joanna Malvina, zuster Philimonda + broer Philemon, pater Thomas
|
|
Van Laer Zacharie
werd te Pamel geboren op 5 januari 1893.
Nadat hij in wereldoorlog I had gestreden (1) werd hij onderwijzer (benoemd op 27/12/1924) in de gemeenteschool en onderwees in Pamel-centrum en op Ledeberg.
Op 5 november 1924 huwde hij te Pamel met Maria Martha Stockmans (Pamel 29/1/1904-Brussel 3/9/1997). Zij gingen wonen in een vleugel van het hof van Truies aan de Profetenstraat te Pamel. Daar werden Gaston, Elisabeth, Maria, Louis, Flory, Simon, Alice en Malvine geboren. In 1937 verhuisde het gezin naar vaders geboortehuis op de hoek van de Poelkveldstraat en de Poelkstraat, waar Gerard en Zacharie werden geboren.
In 1932 werd Zacharie voorzitter van Davidsfonds-Pamel. Hij interesseerde zich sterk voor de plaatselijke geschiedenis. Zo noteerde hij heel wat gegevens over de Dikke van Pamel; op 8 januari 1933 gaf hij in Ons Huis een voordracht met ‘lichtbeelden uit de geschiedenis van Ledeberg en Pamel'.
Zacharie overleed op 27 maart 1942.
Van Laer Joanna Malvina werd geboren te Pamel op 19 augustus 1894. Op 22 april 1912 trad ze te Vorselaar in bij de Zusters der Christelijke Scholen en werd zuster Philimonda genoemd (2). Al in 1914 verliet zij het klooster te Vorselaar. Was het omdat zij zwaar ziek werd? Feit is dat ze een jaar later te Pamel in het ouderlijk huis overleed, op 5 november 1915.
Van Laer Philemon
werd te Pamel geboren op 26 februari 1898. Zijn humaniora begon hij in het jezuïetencollege te Aalst en hij beëindigde ze aan het Serafijns College te Brugge. Op 3 oktober 1918 werd hij novice bij de paters kapucijnen te Edingen en werd er op 23 oktober 1922 geprofest als pater Thomas. In 1924 verhuisde hij naar Rome, werd er in 1926 baccalaurius in het kerkelijk recht, in 1927 licentiaat in de theologie en in 1928 doctor in de theologie. Intussen was hij op 29 november 1925 te Rome priester gewijd.
Na zijn studies keerde pater Thomas terug naar België en werd vanaf 7 augustus 1928 'bestuurder' van en lector aan het filosoficum te Aalst. In 1930 vertrok hij naar het kapucijner missiegebied Punjab (3). Maar hij was er vaak ziek en keerde daarom op 6 november 1933 terug, naar het seminarie van de kapucijnen te Izegem waar hij moraaltheologie doceerde. In 1940 werd hij te Herentals gardiaan of overste van het klooster, in 1943 te Aalst, in 1946 te Brussel. Op 9 september 1949 werd pater Thomas aangesteld als overste van de Custodie of provinciaal in centraal Canada en bleef het tot in 1956. Gedurende de daaropvolgende zeven jaar was hij in Canada pastoor, dan weer overste, of leraar, vicaris of econoom. In 1963 werd hij naar Vaticaanstad geroepen om er geestelijk leider van het Ethiopisch College te worden. Maar in 1965 werd hij ziek, keerde terug naar Edingen en overleed er op 27 oktober 1965.
Een leven van studie, onderricht, leiding, gebed, ... maar pater Thomas was volgens de tekst op zijn doodsprentje 'zich zelf gebleven': eenvoudig rechtschapen, bescheiden, hulpvaardig en begrijpend, ... maar met een taaie wilskracht bezield.
----------------------------------------------------------------------
(1) Midden 1931 sprak hij in een lezing voor de Pamelse Studentenbond over oorlog en vrede.
(2) In archief zusters.
Gerard Van Herreweghen schrijft 'Nog vrij jong moet het meisje in een niet nader gekende orde te Oudergem zijn ingetreden en ingekleed als zuster Philemonda.' In "Pamelaars op 's Heren akker", DF-Roosdaal, 1990, 129 p. Aldaar p. 68. Weinig waarschijnlijk of zou ze in 1914 toch nog van orde hebben gewisseld?
(3) Het vijfstromengebied aan weerszijden van de grens van het huidige Pakistan en Indië.
|