Kestens Jozef Petrus/linjekeswerk |
|
Renaissance kant, linnekenswerk, in Pamel linjekeswerk genoemd, werd meestal uitgegeven. Enerzijds was er de 'uitgever' en anderzijds waren er de 'werksters', meisjes/vrouwen uit de omgeving voor wie dit thuiswerk een welgekomen bijverdienste was.
* De uitgever,
- kocht de kanten linten;
- besprak de ontwerpen met de tekenaars;
- bracht de tekeningen over op stevig papier
via doorprikken en wrijven met een soort stift;
- bracht op de patronen aanduidingen, symbolen aan voor het gebruik van linten en naaisteken,
ten gerieve van de werksters.
* De werksters,
plooiden de linten volgens het patroon en bevestigden ze op de papieren ondergrond. In de linten zat een trekdraad verweven die het mogelijk maakte lussen te vormen. Het kwam er daarbij op aan de linten niet te laten 'opkrollen'. Vervolgens naaiden de werksters de vormen met 'flanelsteken' of 'festonsteken', 'spinnen' of 'stokjes' aan elkaar tot 'linjekeswerk'. (1)
Bevestigd rondom een linnen doek, ontstond een mooi tafelkleed of ... een doek om op de communiebank te leggen, zoals er twee aan de kapel van Ledeberg werden geschonken. |
|
|
|
(1) Livina De Dapper: 'n Kijk op kant' in 'DF-Klokje', tijdschrift van Davidsfonds Roosdaal, 11e jg,1979, nrs 8,9,10. Aldaar p. 99. |
|
|