boomstructuur: startpagina >
artikelindex Marge > artikel


Loteling vrijkopen

Tiburce van Tricht, geboren 14 april 1842, behoorde tot de lichting soldaten van 1862. Zijn moeder, Joanna Maria Velge die al weduwe was, zag haar oudste zoon niet graag als soldaat optrekken en nog vóór de loting ging ze op zoek naar een vervanger. Haar schoonbroer-koster Jan Frans De Beenhouwer, voogd van Tiburce en haar gevolmachtigde, kwam tot een akkoord met François Anton Steleman uit Aalst, ‘handelaer ter verschaffing van plaetsvervangers in de nationale militie’ en als zodanig ‘gepatenteerd’ door het stadsbestuur. Op 20 februari 1862 werd de overeenkomst bezegeld en ondertekend ten kantore van notaris Honoré D’Huygelaere te Aalst.
Steleman verbond er zich toe een plaatsvervanger te zoeken. Ingeval de man later mocht deserteren of weggezonden worden stond hij in voor het ‘fourneren’ van een nieuwe kandidaat. Meteen kreeg hij een voorschot van 250 fr., de helft van het overeengekomen bedrag. De andere helft zou worden uitbetaald van zodra men wist dat Tiburce er zich uitgeloot had. Had hij er zich ingeloot, dan zou de tweede helft slechts volgen nadat vaststond dat de plaatsvervanger aanvaard was. Hoe Tiburce geloot heeft weten we niet, maar feit is dat Tiburce geen soldaat is geweest! (1)



-----------------------------------------------------------------------------
(1) Bron: Gerard Van Herreweghen: ‘Het hof te Zijpe’, Extranummer DF-Klokje, Davidsfonds Roosdaal, 1989, 98 p. Aldaar pp. 89-90.