boomstructuur: startpagina >
artikelindex Marge > artikel


Steenkool

In 1769 schreef Jan-Baptist van Tricht in zijn memorieboek: ‘Memorie als dat mijnen waeghen met twee perden en twee perden van Peeter van der Meeren op den 16en meij 1769 heft gewest om colen’ (in een Henegouwse mijn). Als rijke pachters konden zij het zich permitteren steenkool te halen en te branden. Terwijl de gewone Pamelaar zijn huis verwarmde met hout en turf zoals hij dat al eeuwen deed.
Ook nadien werden in het memorieboek ritten ‘tot het halen van holle’ genoteerd, o.a. in 1799 en in 1803 (naar Halle waar er toen waarschijnlijk een kolenmagazijn was).
Na de kanalisatie van de Dender in 1863-1867 legden er in Pamel aan de Kaai ook schepen met kolen uit Wallonië aan. Nog later werden de kolen ook per spoor aangevoerd (station Okegem). Intussen was het gebruik van steenkool veralgemeend. (1)



-----------------------------------------------------------------------------------
(1) Onder WO I was ‘houille’ schaars en menig Pamelaar haalde toen klandestien hout uit Lebergbos.