boomstructuur: startpagina >
AZ-index > artikelindex C > artikel


Cuerens Nicolas

Onderpastoor te Pamel van 1692 tot 1698

Geboren in 1644 te Sint-Martens-Lennik. Op 12 juli 1669 trad hij in bij de Norbertijnen in de abdij te Ninove en in september 1671 werd hij er geprofest. Op 17 februari 1674 werd hij te Brussel priester gewijd. In de abdij was hij achtereenvolgens sacrist en cantor. Hij was immers een zeer bekwaam musicus die heel wat verbeteringen aanbracht aan de Latijnse gezangen (1). In 1692 werd hij onderpastoor te Pamel, tot begin juni 1698 toen hij pastoor werd te Okegem, waar hij zeer nalatig was in het bijhouden van de registers. Ook kwam hij er in conflict met de schepenbank omdat hij bepaalde belastingen niet wou betalen. Hij overleed er op 11 juni 1711.


---------------------------------------------------------------------------------
(1) In de 'Dagboeken' van de prelaten der Norbertijnenabij van Ninove noteerde abt Fernandus De Moor dat hij eind 1689 aan Nicola(u)s Cuerens, een 'zeer ervaren musicus', opdracht gaf de zang te verbeteren. 'Onze zang was vaak vals, hard en met een Waals accent wegens het feit dat er vroeger veel Walen in onze abdij waren.' In juli 1696 liet de abt hem om dezelfde redenen ook het te drukken processionale corrigeren.
Toch ook een 'blaam': begin 1695 moest abt De Moor nieuwe gradualen en missalen met gregoriaanse zang kopen, want ... 'Onze zangleraar, E.H. Nicolaus Cuerens, had onze perkamenten koorboeken zodanig beschadigd, dat er dagelijks missingen gebeurden in de zang.'