(bij) Boerke Smet
Vroegere boerderij aan de Wolvenstraat te Pamel
|
|
Op de kaart van Ferraris (1771-1776) aan de Wolvenstraat aangeduid als een hoeve in U-vorm, een boerderij dus van een zekere omvang, wat trouwens wordt bevestigd in de Atlas van de Buurt- en Waterwegen (ca. 1840).
De (voorlopig) oudst gekende bewoners waren Petrus Van Laethem (+1802) uit Gooik en zijn vrouw Maria Van Stalle (+1778) (uit Leerbeek of Neigem?), die er in 1759, het jaar na hun huwelijk, kwamen wonen. Twee kinderen bleven in het ouderhuis: Adriaan (1767-1812), eerst gehuwd met Joanna Maria Wauters (1767-1803), hertrouwd met Petronilla Jacobs (1772-1846); Jan-Baptist (1770-1826) (1), eerst getrouwd met Judoca Lanckmans (1756-1821), hertrouwd met Maria Catharina Cobbaert (1790-1853) (2); Petronilla hertrouwde in 1813 met Adriaan Smet (1781-1853), alias boerke Smet. In 1837 trouwde Petrus Jan Van Laethem (1808-1882), zoon uit Petronilla's eerste huwelijk, in met Catharina Jacobs (1804-1894). Op de hoeve woonden dus vele jaren meerdere gezinnen. De jongste zoon van deze laatsten, Jozef (1846-1923), gehuwd met Christina Seraphina Van der Kelen (1857-1911) nam de hoeve over. In 1907 moest (3) hij huis en erf verkopen, aan zijn neef Victor De Smedt (1878-1968) (4) die met Maria Delphina De Vriendt (1880-1966) uit Liedekerke was getrouwd. Tenslotte bleef hun ongehuwde zoon, Jozef (1909-1996) alleen in het ouderhuis wonen, dat na zijn dood werd verkocht en in de jaren nadien volledig gerenoveerd.
|
|
foto 2012
|
|
-------------------------------------------------------------------------
(1) Volgens Gerard Van Herreweghen was hij in 1759 geboren. In '20 Pamelse Huisgeschiedenissen', DF-Klokje, extranummer 2002, Davidsfonds Roosdaal, 135 p. Aldaar p. 129.
(2) Maria Catharina hertrouwde nog met Henri De Roock uit Borchtlombeek.
(3) Financiële problemen?
(4) Zoon van Jan Frans De Smedt en Maria Joanna Van Laethem, zus van Jozef. |