boomstructuur: startpagina >
artikelindex Marge > artikel


IJzeren Muur en bunkers te Pamel
 

IJzeren Muur
In 1939/1940 werd in Pamel met stalen versperringen op rollen (= cointetelementen) (1), een IJzeren Muur (IJM) opgetrokken die vanaf de Dender over een afstand van iets meer dan één kilometer zigzagde in de richting van Meerbeke. Die IJzeren Muur was onderdeel van een aftakking van de K(oningshooikt)-W(aver)-linie (2); aftakking die liep van Waver tot Pamel. De K.-W.-linie moest obstakel zijn voor Duitsland, de aftakking hindernis voor Frankrijk en aldus uiting van de neutraliteit van België! Verloren kosten! Eind 1941 hebben de Duitsers in Pamel de IJzeren Muur doen demonteren en al dat ijzer per schip langs de Dender laten wegvoeren.
Zijn er nog restanten? Met de rollen bolden nadien enkele Pamelse boeren hun land effen en midden de Denderweiden staat er, waar een doorgang was voorzien voor het vee, nog een meerpaal (MP1) waaraan met stalen kabels een cointetelement kon worden open- of dichtgetrokken. Ook op de grens met Meerbeke houdt nog een meerpaal stand (MP2).

 

foto 2010
Meerpaal MP2 (op de achtergrond het Hof te Wolfput)
 

Bunkers
In een zestal dorpen op de aftakking werden bunkers gebouwd. Zo ook te Pamel waar bij KB van 7 februari 1939 vier lapjes grond (van 3 en 4 aren) werden onteigend voor evenveel bunkers, die al in de zomer van 1939 klaar waren. Ze waren door loopgraven verbonden en zo opgesteld dat hun wapens elkaar overlapten.

 

foto 2010
Bunker B4, zoals de andere bunkers 'hoog' gelegen.
 

De muren buiten werden volledig bedekt met halve cementen eitjes en geverfd in stroken van zwart en groen om aldus, ter camouflage het uitzicht van een bladerscherm te verkrijgen. Het dak bleef glad, maar kon overtrokken worden met netten vastgehecht aan de haken in de rand. Boven op het dak was er een klein koepeltje waardoor de periscoop tot 2,30 m kon worden uitgeschoven.

 

foto 2010
Bunker B2, zoals de andere bunkers met een 'koepeltje'.
 

Het plafond en de buitenmuren waren 1,30 m dik! Na een eerste deur kwam men in een sas dat naar een tweede deur leidde om zo in een eerste geschutsruimte te komen. Petroleumlampen zorgden er voor wat schaars licht. Bunkers B1 en B3 hadden twee geschutsruimten terwijl bunkers B2 en B4 er drie hadden, met in elk der ruimten een zware Maxim-mitrailleur (tot 400 schoten per minuut) of een lichtere Browning-mitrailleur (tot 300 à 600 schoten per minuut). Echter, er was in de bunker weinig plaats voor minutie, voor hoogstens één à twee dagen geschut! Naast twee of drie ‘echte‘ schietgaten had elke bunker er ook 3 valse. Kwestie van de vijand te misleiden! Bovendien konden de soldaten door 4 hellende kokers rondom in de bunker, ook handgranaten naar buiten rollen! Elke bunker had een nooduitgang, een nauwe pijp van 60x60 cm, afgesloten door een muurtje dat van binnenuit moest stukgeslagen worden als men wou ontsnappen.
Bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 waren de bunkers nog bezet door Belgische soldaten, maar vier dagen later al overgelaten aan de Engelsen. Waarschijnlijk hebben zij de bunkers nooit bemand. Toen de Duitsers op 18 mei Pamel binnenrukten, beschoten zij ook bunker B1 (de inslagen zijn nog zichtbaar), maar er kwam geen reactie! De bunker was, zoals de drie andere, onbemand.
De weken daarop werd ‘alles wat maar enigszins dienen kon' uit de bunkers vervreemd. Later hebben de Duitsers de bunkers laten dichtmetselen.
Na de oorlog kon het leger met die bunkers niets meer aanvangen en droeg ze over aan de directie der registratie en domeinen, die in de jaren (19)80 aan de vroegere eigenaars voorstelde bunkers en erfdienstbaarheden voor 20000 fr te kopen, maar niemand is op het voorstel ingegaan. In 1999 kocht de gemeente Roosdaal bunker B1 en de weide eromheen, die rustplaats werd op het Dikke van Pamel wandelpad. Spijtig dat het panoramisch zicht op de andere bunkers er door (aangeplante) bomen wordt gehinderd!


----------------------------------------------------------------------
(1) De afmetingen van die cointetelementen variëren naargelang de bron. Het ijzeren ‘hek': 2,88 m tot 3 m breed en 2,37 m tot 2,5 m hoog, rechtgehouden door een metalen 'staart' van 3,28 m tot 3,5 m..
(2) Een bunkerlinie met loopgraven, prikkeldraadversperringen en antitankhindernissen: cointetelementen, railvelden (= in de grond geheide spoorstaven), tetraëders (= viervlakstellen), natuurlijke hindernissen.