boomstructuur: startpagina >
artikelindex Marge > artikel


Priester Daens te Strijtem

Bij de verkiezingen van 27 mei 1900 werd aan priester Daens gevraagd zich kandidaat te stellen in het arrondissement Brussel, waar hij met zijn Christene Volkspartij op één lijst samen met de socialisten opkwam. Priester Daens werd niet verkozen. Door dit samengaan met de socialisten geraakte hij geïsoleerd van verscheidene vroegere medestanders die op een conservatief katholieke lijst stonden, lijst met invloed bij de kerkelijke overheid. Priester Daens kwam meermaals in aanvaring met o.a. de Gentse bisschop; de parochiepriesters kregen de opdracht hem te boycotten. Gevolg was ook dat de goede verhouding tussen pastoor Cuylits en priester Daens werd gebroken, tot vijandigheid.
Bij de verkiezingen van 25 mei 1902 trok priester Daens van dorp tot dorp, hield bijna elke dag één of meer meetings. Zo op zondag 6 april (1) ook in Strijtem, waar pastoor Cuylits zijn parochianen echter had aangespoord de meeting te storen, te verhinderen. In een open brief beschuldigde priester Daens nadien pastoor Cuylits als de ‘grootste plichtige’:

 




 

De Aalsterse conservatief-katholieke krant 'De Denderbode' reageerde op 20 april 1902 op de brief en beschuldigde priester Daens er o.a. van de 'pastoor van Strythem’ te bedreigen. Op 4 mei publiceerde De Denderbode een artikel, doordrenkt van vijandigheid: ‘Indien ik de E.H. Pastoor van Strythem ware, ziehier wat mijne antwoord zijn zou ...' Vraag is in welke mate pastoor Cuylits bij het opstellen ervan betrokken werd. Toch enkele citaten:
- ‘Maar is het wel aan mij te wijten? dat de eenvoudige zielen u eene les van 't Evangelie hebben toegepast, les, die ik hun heb uitgelegd … ons Heer spreekt van de slechte herders … die hij wolven noemt in een schaapevel. Zij hebben dus gepeisd, … dat een man, die een toog draagt die hij in geweten niet mag dragen, die te Brussel heult met de socialisten, … die men meer in de herbergen ziet dan in de kerk, … gepeisd, die brave menschen van Strythem, dat gij een van die wolven waart en daarom hebben zij geroepen: De Wolf! …’
- ‘… ik heb eertijds heel goed gekend en veel geholpen eenen zekeren priester Daens … Ik geloofde toen dat die volksredenaar een goede soldaat van J.C. zoude geweest zijn in den strijd voor 't welzijn van 't werkvolk … In dezen strijd heb ik veel geleden en eene pastorij in een klein dorp, verloren in 't hopland, was mijne belooning. … Ik heb mij dus bedrogen omdat ik niet genoeg op mijne hoede was tegen de sluwheid van eenen uitgeloopen pater. …’

Wat later meldde de krant dat de pastoor de ‘gazet van Daens’ voor de rechtbank zou dagen ‘om dit blad te dwingen het antwoord op de aanvallen die het deed, op te nemen en aldus zijne lichtgeloovige lezers wat beter in te lichten’. Maar het is niet geweten of pastoor Cuylits inderdaad naar de rechter is gestapt.
Maar uit o.a. een reactie in 1905 op een artikel van Pieter Daens blijkt dat ook pastoor Cuylits scherp, ruw kon zijn; hij noemde Pieter een 'volksbedrieger' die 'flauwe ziever' had geschreven en '... zeg eens aan uwen broeder (...) van te doen gelijk ik: mis lezen, biecht hooren, catechismus geven, zieken bezoeken en PREDIKEN in den PREDIKSTOEL, en niet in de HERBERGEN aan het gespuis der dorpen.'

Intussen was priester Daens op 25 mei 1902 verkozen tot parlementslid en bleef het tot in 1906.

Kwam priester Daens in 1904 een tweede keer naar Strijtem?
Feit is dat Rik Borginon vertelde: '... wij gingen bij gelegenheid nogal eens naar de hoogmis in O.-L.-Vrouw Lombeek of naar Strijtem. ... Op zekere dag kwamen we van de hoogmis terug naar Ledeberg en op de weg langs de Zeven Beuken hoorden we in de verte lawaai. We wisten niet wat het was. Als we dichterbij kwamen zagen we een troepje mensen rond een priester op een stoel of tafel. Dat moet rond de jaren 1904-1905 geweest zijn. Ik denk eerder aan 1904. De priester die het volk toesprak was priester Daens. Uit alle richtingen kwamen de mannen van de fanfare van Strijtem al blazend op hun instrumenten om voldoende lawaai te maken zodanig dat priester Daens zich niet meer kon doen verstaan. En het was pastoor Cuylits, zelf een ex-Daensist, die dat geënsceneerd had.' (2)
Vandaar dat in 1988 op de voorgevel van de kapel van de Zeven Beuken een gedenkplaat werd aangebracht, waarop:

 
 

Zeker is dat priester Daens in het parlement geijverd heeft voor de hopboeren, om o.a. de Vlaamse hop voorrang te geven op de buitenlandse.



-----------------------------------------------------------------------
(1) In de open brief wordt ook zondag 10 april vermeld. In 1902 was 10 april echter een donderdag! Een drukfout?
(2) Luc van Liedekerke: 'De Kapel van De Zeven Beuken te Strijtem', 1988, 59 p. Aldaar pp. 39-40.