boomstructuur: startpagina >
AZ-index > artikelindex D > artikel


(In) Den Molensteen/De Kroon/De Filosoof

Eerst camme/herberg, later restaurant/feestzaal

Koning Albertstraat 191 te O.-L.-V.-Lombeek, tegenover de kerk.

Hier stond al in de 17e eeuw de
Hoeve, camme (brouwerij), herberg Den Molensteen
De oudst gekende eigenaar en ook brouwer en herbergier is Quinten Cools (1). De schepenen en bedesetters vierden in de Molensteen hun teerfeest en als soldaten er afstapten schreef Quinten de onkosten in de dorpsrekening: ‘hebbe gehadt twee ruijters op goeden vrijdach 1646: 6 stuivers.' Quinten overleed ca. 1649. Bleef zijn weduwe in de Molensteen wonen of beheerde zijn broer Philips de camme en herberg?
En wanneer had de kerkfabriek, omdat de toenmalige eigenaars geleend geld niet konden terugbetalen, beslag laten leggen op de Molensteen en was ze aldus eigenaar geworden? Feit is dat Carel Pletinckx uit Gooik, in 1681 gehuwd met Peeternelle Van Tricht uit Strijtem, er na zijn huwelijk brouwer en hebergier werd en huurde van de kerkfabriek. Zij bleven er tot in 1693. (2). Hun opvolgers kwamen uit Lennik: Joos Van Cauwelaert gehuwd met Maria Huylebroeck. Zij pachtten nog altijd van de kerkfabriek ‘eene hoffstede metten huijse daerop staende, wesende eene herberghe genoempt den Molensteen', geen camme meer alleen nog herberg. De hofstede was toen 1 dagwand 66 roeden groot en reikte tot aan de ‘keytse' (huidige Hunselbaan). In de jaren 1699-1702 werd de Molensteen ingrijpend verbouwd (3). Daartoe werd ‘careel' aangevoerd, werden bomen gekapt en gezaagd tot 3200 voet hout, werden honderden bundels stro en 2080 voet ‘berd' aangebracht en werden nagelen, roeden en dakroeden aangekocht. Blijkbaar waren de gebouwen nog altijd in leem en met stro bedekt.
Op ‘ordonnantie' van het aartsbisdom verkocht de kerkfabriek op 6 april 1715 de hofstede en herberg; aan koster Jan Yernaut. Datzelfde jaar was ook Joos Van Cauwelaert overleden, maar zijn weduwe en zoon Jan tapten nog jaren in de Molensteen. Waarschijnlijk pas in de jaren (17)20 kwamen Jan Yernaut en echtgenote Maria Van Damme op de hofstede wonen, maar de herberg hielden ze niet meer open, wel de belangrijkste winkel van Lombeek en verkochten er wittebrood, suiker, zout, smout tot handdoeken en kledij.
Na de dood van Jan Yernaut in 1744 zette kleindochter Maria Elisabeth Van den Haute de winkel verder. In 1746 trouwde ze met Gerard van Audenrode en enkele jaren later openden ze naast de winkel (4) opnieuw de herberg. Op het hof stond er in 1747 ook een hopast en een oven. Gerard en Maria Elisabeth waren immers ook boer en hadden in 1755 een meid en een knecht in dienst. In 1760 vernieuwden ze de Molensteen totaal: rondom een ruime binnenkoer een woonhuis, herberg, winkel, schuur en stallingen (5) in steen opgetrokken. Boven in de omlijsting van de rondboogdeur staat nog steeds het jaartal 1760 en eronder in het halfronde bovenlicht de initialen van Gerard: GVA. Hij stierf in 1795 en Maria Elisabeth in 1801.

 


foto 2011
Werden aan de ringen in de deuromlijsting ooit de paarden vastgebonden?

 

Twee zonen, Joannes Henricus en Jan-Baptist waren samen met hun moeder in de Molensteen blijven wonen. Maar het was Joannes Henricus, in 1795 getrouwd met Joanna Catharina Vossen en in 1809 hertrouwd met Anna Catharina Eylenbosch, die de Molensteen verder uitbaatte, terwijl Jan-Baptist na zijn huwelijk waarschijnlijk elders ging wonen (6). Na het overlijden van Joannes Henricus in 1811 kwam de hoeve en herberg in handen van zijn zuster Anna Maria die vanuit Sint-Katharina-Lombeek naar de Molensteen terugkeerde, samen met haar zoon, (latere burgemeester) Frans Philip Claes, gehuwd met Joanna Antonia De Smedt. Zij waren er pachter en herbergier en ook na de dood van Frans Philip in 1853 heeft Joanna Antonia de Molensteen nog verschillende jaren beheerd.
Daarna werd de Molensteen verhuurd aan Petrus Joannes Verheyden, in 1865 gehuwd met Norbertina Philomena Pauwels. Zij begonnen er ook een melkerij. Petrus Joannes (30 jaar burgemeester) overleed in 1923, werd opgevolgd door zoon Frans Jan Christiaen, in 1912 gehuwd met Sylvia Emanuella Baetens. Zij kochten het hof en de herberg.

Was het Petrus Joannes of was het Frans Jan Christiaen die de afspanning voortaan De Kroon noemde?

 


vóór 1936.

 

Na het overlijden van Frans Jan Christiaan in 1926 hield Sylvia Emanuella samen met haar inwonende zus Valentina de Kroon nog enkele jaren drijvende, tot ze de Kroon verkocht aan Robert Motteux, aanvoerder van de in die periode Rex-gezinde Lombeekse partij ‘de gaten'. (7) (8) (9). Deze verhuurde De Kroon aan partijgenoot Petrus Jozef Van Laethem.
In 1936 liet Robert Motteux de vroegere paardenstallen omvormen tot zaal De Filosoof (10), liet links in de voorgevel als toegang een rondboogpoort hangen en ook het venster uiterst links aanzienlijk vergroten.

 

na 1936
 

Enkele jaren voor en na 1940 was De Kroon het stamlokaal van de ‘gaten' en in De Filosoof repeteerde en speelde de Rex-harmonie.(11)

In 1937 kostte het ontbijt er 5 fr., het middagmaal 20 fr. en het avondmaal 5 fr. Het jaar daarop bleef de prijs van het ontbijt ongewijzigd maar werd deze van het middagmaal gehalveerd en die van het avondmaal opgetrokken tot 7,5 fr. (12)

 

Een dochter van Petrus Jozef Van Laethem, Maria Adelia bleef na haar huwelijk in 1941 met Jozef Leemans in De Kroon wonen. Ze hielden de herberg open, baatten de melkerij verder uit. Vanaf 1956 moesten ze wel de pacht betalen aan de nieuwe eigenaar, brouwerij Timmermans uit Itterbeek. (13) Ze werden in 1961 opgevolgd door Jozef Vossen, getrouwd met Suzanne Plas.

 

Vanaf 1953 was de binnenkoer (en de omgeving) trefpunt voor de jaarlijkse meiboomplanting. Verschillende jaren was het er jaarlijks ook, drie dagen lang, pensenkermis. Maar eind de jaren (19)60 pasten deze volkse gebruiken niet meer bij De Kroon.

 

In 1969 nog aangekondigd als een café-restaurant met specialiteit paling, werd De Kroon meer en meer restaurant. Vooral na de overname in 1977/1979 door zoon Christian en echtgenote Marie-Rose Deweghe, evolueerde De Kroon naar een chiquer restaurant waar men graag ook wat bijbetaalde voor het rustieke kader, een goed restaurant maar dat wel nooit aan een Michelin-ster kwam.

 

In 2004 betaalde men voor de lunch € 29, voor het marktmenu € 45.

 

In 1982 werd het erf opgesplitst: enerzijds (de gebouwen) De Kroon met Christiaen Vossen en Marie-Rose Deweghe als eigenaars en anderzijds het stuk grond gelegen tussen De Kroon en de Hunselbaan waarop een slagerij kwam met een andere eigenaar.

In 1987 werd de zaal De Filisoof vernieuwd.

 

‘Voor al uw feesten 50 tot 200 personen, zoals huwelijken, communies, jubileums, alsook banketten & seminaries.' (14) (15) Huurprijs 10000 fr.

 

In 2011 besloten de eigenaars de gebouwen te verkopen en op 10 juli sloten zij definitief restaurant De Kroon en zaal De Filosoof. (16)

 



---------------------------------------------------------------------
(1) Ook meier en griffier van O.-L.-V.-Lombeek.
(2) Toen kochten ze ‘In den Spieghel der Kercke' aan de overzijde, en verhuisden.
(3) Noodzakelijk na vernielingen in de voorbije oorlogsjaren?
(4) ‘Item vercoopen de selve wijn'!
(5) Ook rustplaats voor de diligence (van Brussel naar Geraardsbergen).
(6) Hij was gehuwd met Berlindis van Bockxstael.
(7) Vorige geschiedkundige gegevens werden vooral geput uit een artikel van G. Van Herreweghen: ‘Een Lombeekse huisgeschiedenis 'Van molensteen naar kroon' in DF-Klokje, 38e jg, 2006, nr 4. Aldaar pp. 102-112.
(8) Volgens Vik Verheyden wou de weduwe van Jozef Verheyden, schoonbroer van Sylvia Emanuella de hoeve kopen, maar besliste deze laatste, als gevolg van de hevige politieke strijd in de gemeente, te verkopen aan Robert Motteux. In ‘Ligging van de hoeve Eylenbosch, van de hoeve Vossen en van de hoeve De Kroon in O.-L.-V.-Lombeek' DF-Klokje 44e jg, 2012, nr 4. Aldaar p. 121.
(9) De gezusters Baetens bleven in de rechtervleugel wonen tot ze in 1960 verhuisden naar Halle. Wellicht zijn ze daar gestorven.
(10) Naar analogie van het door Robert Motteux uitgegeven tijdschrift ‘De Filosoof van Loemmek'?
(11) Op 21 november 1943 traden in De Filosoof de Pamelse Arianen op.
(12) in ‘Toerisme', ‘Halfmaandelijksch orgaan van den Vlaamschen Toeristenbond', 16e jg, 1/3/1937. Aldaar p. 197. En 17e jg, 1/3/1938. Aldaar p. 126.
(13) Volgens Vik Verheyden (o.c. noot 8) waren de bewoners ook eigenaar.
(14) In folder uit 1989.
(15) Zo vierde o.a. de vzw Beroepengids er rond 1990 op 31 december telkens ‘De Nacht van Roosdaal'.
(16) Geen horeca meer, maar wooneenheden.